Een warmte- of koudenet levert warmte of koeling aan meerdere afnemers in een straat, wijk of stad. Dat noemen we ook stadsverwarming of -koeling. Dit concept bestaat al meer dan 100 jaar.
Warmtenetten brengen via ondergrondse, geïsoleerde buizen warmte van centrale warmtebronnen naar meerdere warmte-afnemers, zoals bedrijven, woningen, publieke gebouwen, … Het
warmtenet
werkt als een grote centrale verwarming op wijk-, stads- of zelfs regioniveau. Een warmtenet kan duurzaam of groen zijn, dat hangt af van de bron van het net.
De warmte wordt door water of stoom in een gesloten netwerk vervoerd. Het netwerk werkt met aparte leidingen voor de aanvoer en de afvoer.
Het water geeft warmte af bij een afnemer door een warmtewisselaar. Daardoor koelt het water af voor het terugvloeit naar de bron. Die warmtewisselaar geeft de warmte door aan de binneninstallatie, voor ruimteverwarming en sanitair warm water, of voor industriële proceswarmte.
Koudenetten werken op een vergelijkbare manier. Ze leveren koeling via een leidingnet aan (grote) afnemers.
Ligt er een warmtenet bij je in de buurt? Dan kan je de warmtenetbeheerder contacteren. Die bekijkt dan of je kan aansluiten en onder welke voorwaarden.
Voor de warmtenetbeheerder of -uitbater is het meestal enkel interessant om zijn warmtenet uit te breiden als hij veel klanten ineens kan aansluiten. Voor één enkele afnemer is een uitbreiding van het net vaak erg duur.
Je moet in principe niet aansluiten op een warmtenet. Je kan kiezen voor een eigen warmtepomp of aardgasketel. In sommige situaties ligt er geen aardgasnetwerk in de buurt om op aan te sluiten. Of mag er geen nieuwe aardgasaansluiting meer voorzien worden.
Soms verplichten stedelijke of gemeentelijke bouwcodes wel om een aansluiting op een warmtenet te voorzien. Het is moeilijker om ook afname van dat warmtenet te verplichten.
In een warmtenet zijn er verschillende partijen: de warmtenetbeheerder, de warmteleverancier en/of een tussenpersoon.
De regelgeving legt niet vast welke partij de rol van warmteproducent, netbeheerder of warmteleverancier moet opnemen. Eén partij kan ook meerdere rollen opnemen.
Heb je een contract met je warmteleverancier? Dan ben je een afnemer. Heb je geen contract met de warmteleverancier? Maar koop je de warmte van een tussenpersoon? Dan ben je een eindgebruiker.
Een warmtenetbeheerder is vaak de partij die het net heeft aangelegd. De warmtenetbeheerder heeft volgende taken:
Een warmteleverancier verkoopt warmte aan de bewoners. Meestal is er maar één leverancier per warmtenet . Dat is een monopolie en dat mag volgens de Vlaamse regelgeving. Die leverancier verschilt van warmtenet tot warmtenet. De taken zijn:
Omdat er meestal maar één leverancier per warmtenet is, kunnen afnemers niet overstappen naar een andere leverancier.
In een appartementsgebouw kan de warmteleverancier de warmte verkopen aan de vereniging van mede-eigenaars (VME) of aan de syndicus. Die verkoopt de warmte dan door aan de bewoners. De VME of syndicus is dan een tussenpersoon bij de levering van warmte.
Een tussenpersoon heeft grotendeels dezelfde taken als de warmteleverancier: eindgebruikers informeren en facturatie van de eindgebruikers.
Sinds 2019 moet de regulator:
De Vlaamse Nutsregulator is niet bevoegd om warmteprijzen te reguleren. Dat is een federale bevoegdheid. Heb je klachten of vragen rond de prijzen of tarieven bij warmte? Dan contacteer je best de federale Overheidsdienst Economie, de CREG (de federale energieregulator) of de federale Ombudsdienst voor Energie.
De Vlaamse Nutsregulator biedt transparantie in de Vlaamse warmteprijzen. De Vlaamse Nutsregulator publiceert daarvoor jaarlijks een rapport. En biedt een interactief dashboard aan.
Het Energiedecreet bepaalt wat warmte- of koudenetten zijn en aan welke verplichtingen ze moeten voldoen.
Wat is stadsverwarming of -koeling volgens het Energiedecreet, art. 1.1.3.,133/2°?
Het gaat om:
Uitzonderingen:
Is het net waarop je bent aangesloten een warmte- of koudenet? Dat kan je nakijken met de beslissingsboom. Is het niet duidelijk? Dan kan je contact opnemen met de Vlaamse Nutsregulator (contactformulier).
Voor welke systemen zijn de regels van toepassing?
De regels zijn geldig voor alle systemen die onder de definitie van ‘warmte- of koudenet’ vallen volgens het Energiedecreet: het geheel van onderling verbonden leidingen en de daarmee verbonden hulpmiddelen die noodzakelijk zijn voor stadsverwarming of -koeling, behalve netwerken op een industriële site.
De warmtenetbeheerder en/of de warmteleverancier hebben een aantal verplichtingen. Dat bepaalt het Energiedecreet. De tabel geeft een overzicht en vat samen welke gegevens moeten gemeld en bevraagd worden, welke administratie (Vlaamse Nutsregulator of VEKA ) daarvoor het aanspreekpunt is, wie moet rapporteren en tegen wanneer.
Naam taak | Wat? | Aan wie? | Taak voor warmtenetbeheerder? | Taak voor warmteleverancier? | Datum |
Melding warmtenetten | Gegevens netbeheerder, leverancier(s), ligging | Vlaamse Nutsregulator | Ja | Neen | Datum indienstname nieuw of uitbreiding bestaand net + 30 dagen |
Prijsbevraging | Prijzen voor huishoudelijke afnemers, contractuele voorwaarden | Vlaamse Nutsregulator | Neen |
Ja |
(ad hoc) |
Warmtenetrapportering | Gegevens over het vermogen, de productie, de lengte, aantal afnemers per warmte- of koudenet | VEKA |
Ja |
Neen |
Jaarlijks, uiterlijk op 30 maart |
Sociale statistieken | Rapportering | Vlaamse Nutsregulator |
Ja |
Ja |
Jaarlijks, uiterlijk op 31 maart |
Klachtenrapportering | Statistieken over het aantal klachten dat de leverancier ontving (zie MEDE-2022-05) | Vlaamse Nutsregulator | Neen | Ja | Jaarlijks, uiterlijk op 31 maart |
De warmtenetbeheerder moet een nieuw warmtenet , een uitbreiding of wijziging van een bestaand warmtenet melden aan de Vlaamse Nutsregulator. Zo weet de Vlaamse Nutsregulator:
Breidt een warmtenet uit? En worden de aansluitingen binnen die uitbreiding niet allemaal tegelijkertijd in gebruik genomen? Dan moet de warmtenetbeheerder bij de start van de uitbreiding de Vlaamse Nutsregulator contacteren. De Vlaamse Nutsregulator beoordeelt of de melding van uitbreiding kan wachten tot alle geplande aansluitingen actief zijn, of dat de verschillende fases van de uitbreiding afzonderlijk moeten gemeld worden.
Meld je een warmtenet? Dan moet je een liggingsplan bezorgen. Dat is een plan dat of kaart die de geografische ligging van het warmtenet bepaalt. Je bezorgt die best meteen in .kml- of .kmz-bestandsformaat. VEKA accepteert enkel die formaten voor de jaarlijkse warmtenetrapportering. Je hoeft het liggingsplan dan maar één keer voor de verschillende rapporteringen op te stellen.
De warmtenetbeheerder en/of de warmteleverancier moeten over een aantal zaken rapporteren.
Warmte- en koudeleveranciers moeten een marktbevraging uitvoeren. De marktbevraging moet een beeld geven van de gehanteerde prijzen en contractvoorwaarden in Vlaamse warmtenetten. De gegevens kunnen ook gebruikt worden in een rapport om afnemers en marktactoren te informeren. De marktbevraging is een initiatief van de Vlaamse Nutsregulator.
Voor deze bevraging is er geen vaste timing.
De warmtenetbeheerder rapporteert jaarlijks ten laatste op 30 maart de gegevens over het vermogen, de productie, de lengte, het aantal afnemers per warmte- of koudenet in het voorgaande kalenderjaar aan het VEKA . Na de rapportering kan verdere verduidelijking gevraagd worden over de gerapporteerde gegevens.
Die gegevens worden samengevoegd met de warmtenetgegevens uit de andere gewesten. De samengevoegde gegevens voor België worden gebruikt in de rapportering aan de Europese Commissie. Elke lidstaat moet zo jaarlijks voor 30 april statistieken over warmte- en koudenetten rapporteren aan de Europese Commissie, in kader van artikel 24(6) van de energie-efficiëntierichtlijn.
De warmteleverancier rapporteert jaarlijks ten laatste op 31 maart de gegevens over o.a. wanbetaling, aantal opgestarte betalingsplannen en aantal afsluitingen aan de Vlaamse Nutsregulator. Die statistieken gaan telkens over het afgelopen kalenderjaar.
De Vlaamse Nutsregulator neemt de statistieken op in het Warmtenetrapport. Dat rapport geeft een overzicht van het aantal afsluitingen door de warmtenetbeheerder, het aantal opgezegde contracten door de leverancier en het aantal opgestarte afbetalingsplannen.
De warmteleverancier rapporteert jaarlijks ten laatste op 31 maart de gegevens over het aantal geregistreerde klachten en waarop ze betrekking hebben.
Sociale energiemaatregelen beschermen gezinnen met een woning aangesloten op een warmte- of koudenet of op een centrale bron. De maatregelen helpen om afsluitingen bij wanbetaling te voorkomen.
Wil een leverancier een leveringscontract opzeggen? Dan moet hij zich aan bepaalde voorwaarden houden. Hij moet ook een opzeggingstermijn van ten minste zestig kalenderdagen respecteren.
De wetgeving ziet de beheerder van de centrale bron bij collectieve verwarming ook als leverancier. Die beheerder kan een tussenpersoon of een vereniging van mede-eigenaars (VME) zijn. De beheerder van de centrale bron moet zich dan ook aan dezelfde voorwaarden houden.
Een leverancier kan een afnemer niet afsluiten tijdens de winterperiode van 1 december tot 1 maart.
Kan een huishoudelijke afnemer niet (tijdig) betalen? En wil de leverancier de levering stopzetten? Dan moet de leverancier eerst een aantal stappen volgen:
Bij warmte- en koudenetten is een budgetmeter niet mogelijk.
De leverancier kan om deze redenen om een afsluiting vragen:
De leverancier moet daarvoor eerst een verzoek tot afsluiting bij de lokale adviescommissie (LAC) indienen.
Is er maar één leverancier actief is op het net? Dan kan die leverancier het contract niet opzeggen, omdat er dan geen alternatieve leverancier is.
Beschermde klanten op een warmtenet hebben recht op een verlaagde warmteprijs. Het tarief is hetzelfde voor alle warmtenetten. Het bedraagt evenveel als het sociaal tarief voor aardgas. De Vlaamse Nutsregulator is niet bevoegd voor het sociaal tarief voor warmte. De CREG bepaalt elke drie maanden het sociaal tarief voor warmte. De CREG publiceert die tarieven op haar website.
Wanneer heb je recht op het sociaal tarief? Of zoek je meer informatie over het sociaal tarief voor warmte? Dat vind je op de website van de FOD Economie.
Let op: