Wat doet een producent?
De producent van CO2 die is aangesloten op een infrastructuur van pijpleidingen voor het vervoer van CO2, is verantwoordelijk voor de afvang en zuivering van CO2. De producent zorgt zelf voor de infrastructuur en technologie om de geproduceerde CO2 af te vangen. De producent moet ervoor zorgen dat de CO2 aan bepaalde specificaties voldoet. Zo moet CO2 bijvoorbeeld een geschikte druk, temperatuur en zuiverheidsgraad hebben. Pas dan kan de CO2 in het netwerk worden geïnjecteerd.
De specificaties zijn momenteel nog in ontwikkeling. De vervoersnetbeheerder en/of beheerder van een lokale cluster leggen die in overleg met de stakeholders vast. Daarna moeten die specificaties goedgekeurd worden door de Vlaamse Regering. Dat gebeurt na advies van de Vlaamse Nutsregulator.
Wat doet de vervoersnetbeheerder?
De vervoersnetbeheerder beheert het netwerk van pijpleidingen, inclusief bijbehorende pompstations en tijdelijke opslaglocaties, om CO2 te vervoeren. In Vlaanderen zal er een unieke vervoersnetbeheerder zijn.
De Vlaamse Regering wijst de vervoersnetbeheerder aan. Dat gebeurt na advies van de Vlaamse Nutsregulator en het
VEKA
. Het CO2-decreet legt de taken van de vervoersnetbeheerder vast:
- ontwikkelen en onderhouden van een veilig, betrouwbaar en efficiënt vervoersnetwerk, met aandacht voor het milieu en kosteneffectiviteit. En de nodige ondersteunende diensten daarvoor verlenen;
- zorgen voor voldoende capaciteit om aan de vervoersbehoeften te voldoen;
- herstellen, onderhouden, vernieuwen en verbeteren van het vervoersnetwerk en de bijbehorende installaties;
- de plannen van het vervoersnetwerk opstellen, bewaren en ter beschikking stellen;
- elke twee jaar een ontwikkelingsplan opstellen;
- problemen zoals onderbrekingen en storingen bij het vervoer van koolstofdioxide oplossen;
- meetapparatuur installeren om de koolstofdioxidestromen naar het vervoersnetwerk te monitoren;
- registers bijhouden van koolstofdioxide dat wordt vervoerd door of tijdelijk wordt opgeslagen in het vervoersnetwerk;
- lokale clusters verbinden met
- andere lokale clusters in het Vlaamse Gewest;
- terminals voor vloeibaarmaking die niet in hun aaneengesloten geografisch afgebakend gebied gelegen zijn;
- een pijpleiding of een netwerk van pijpleidingen in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, het Waalse Gewest en pijpleidingen in de territoriale wateren van België;
- een pijpleiding of een netwerk van pijpleidingen in lidstaten van de Europese Unie of derde landen;
- de verbinding van gebruikers buiten lokale clusters of een terminal voor vloeibaarmaking en hen de nodige informatie verstrekken;
- een monitoringssysteem voorzien om te zorgen dat de koolstofdioxidestromen voldoen aan de technische eisen van het netwerk.
Wat doet een beheerder van een lokale cluster?
De beheerder van een lokale cluster beheert een netwerk van pijpleidingen, eventueel met bijbehorende pompstations en tijdelijke opslaglocaties, om de afgevangen CO2 van minstens twee producenten binnen een aaneensluitend geografisch afgebakend gebied te vervoeren.
Er kunnen in Vlaanderen meerdere lokale clusters zijn. Voor elke lokale cluster moet een beheerder worden aangewezen. De Vlaamse Regering wijst de beheerder van een lokale cluster aan, na advies van de Vlaamse Nutsregulator en het VEKA.
Het CO2-decreet legt de taken van een beheerder van een lokale cluster vast. De taken zijn vergelijkbaar met die van de vervoersnetbeheerder.
Wat doet een beheerder van een terminal voor vloeibaarmaking?
De beheerder van een terminal voor vloeibaarmaking beheert de infrastructuur om CO2 vloeibaar te maken.
In tegenstelling tot de beheerders van lokale clusters en/of vervoersnetwerk, moet de Vlaamse Regering de beheerder van een terminal voor vloeibaarmaking niet aanwijzen. Het CO2-decreet legt de taken van een beheerder van een terminal voor vloeibaarmaking vast:
- ontwikkelen en onderhouden van een veilige, betrouwbare en efficiënte terminal, met aandacht voor het milieu en kosteneffectiviteit. En de nodige ondersteunende diensten daarvoor verlenen;
- zorgen voor voldoende capaciteit om aan de vloeibaarmakingsbehoeften te voldoen;
- herstellen, onderhouden, vernieuwen en verbeteren van de terminal en de bijbehorende installaties;
- de plannen van de terminal voor vloeibaarmaking opstellen, bewaren en ter beschikking stellen;
- problemen zoals onderbrekingen en storingen bij de vloeibaarmaking van koolstofdioxide oplossen;
- registers bijhouden van koolstofdioxide dat vloeibaar is gemaakt in de terminal voor vloeibaarmaking;
- potentiële netgebruikers toegang geven tot de terminal voor vloeibaarmaking onder de voorwaarden;
- de netgebruikers van een terminal voor vloeibaarmaking informeren voor een efficiënte toegang tot de terminal voor vloeibaarmaking.